top of page
Zoeken
  • Raf

Oorlog en lente

Bijgewerkt op: 20 mei 2020

18 april 2020

Het is lente en oorlog. Een oorlog tegen een onzichtbare vijand, zo bestempelde President Macron op 23 maart 2020 de coronavirusaanval.

Wat begin januari begon in het verre China verspreidde zich medio maart over Europa en daarna de rest van de wereld. Je zou misschien denken dat de wereld dan gelijk en eensgezind zou optrekken tegen deze onzichtbare killer, niets bleek minder waar.



China trachtte nog even de aanval onder de radar te kunnen houden, maar moest de wereld om hulp vragen (mondkapjes die nota bene in China waren geproduceerd lagen in medische distributiecentra in Europa en Amerika) toen ze Wuhan, de provincie Hubei en vervolgens heel China in lockdown dirigeerde.

Het bleef desalniettemin voor ons, een ver van mijn bed show totdat er een brandhaard ontstond in Noord-Italië die al snel ontwikkelde tot Dantes Inferno. Toen was er geen houden meer aan. Van niet meer handen mogen geven tot complete lockdowns van de landen in Europa. Van Noord naar Zuid rukte het virus op en reageerde ieder land met een eigen aanpak en in een eigen tempo. Hier in Nederland noemden we het een intelligente lockdown: zoveel mogelijk binnen blijven, maar als je naar buiten gaat, intelligent wezen. Andere landen vertrouwden minder op de intelligentie van haar inwoners en gaven huisarrest. Een paar populistische machthebbers grepen deze buitenkans aan om hun macht nog net iets meer naar zich toe te trekken en het volk stil te houden. Engeland reageerde traag maar bleek toch ook nog tot Europa te behoren. Mr. Brexit himself belandde op de IC. Zweden bleef het enige land in Europa dat helemaal geen lockdown afkondigde en waar het maatschappelijke leven weliswaar gemonitord maar toch gewoon doorging. Intussen was het complete vliegverkeer tot stilstand gekomen in Europa en werden grenzen letterlijk gesloten.


Trump vond dat virus uit China, zo bleef hij het benoemen, flauwekul, waait wel over zei hij. Totdat een weekje later het virus toch ook daar opdook en omdat hij geen enkele binnenlandse vlucht weigerde te schrappen, verspreidde het zich tot in elke staat en uithoek en zijn inmiddels de meeste slachtoffers te betreuren in Amerika. Ook Zuid-Amerika ontkwam niet aan de aanval maar daar hadden de landen inmiddels geleerd van de Europese aanpak behalve een mannetje in Brazilië en aan hem gaan we geen woorden meer vuil maken.

India, Australië, het Midden-Oosten, Japan overal –behalve eigenlijk Afrika, dat voorlopig toch de dans leek te ontspringen- kwam de wereld tot stilstand. En zo zaten wij plots thuis. De twee dochters (4 en 6), Petra en ikzelf. Petra en ik werken allebei voor de gemeente Maastricht. Petra als communicatieadviseur voor het Maastricht International Centre en ik als medewerker op de afdeling Programmering van het Theater aan het Vrijthof.

Thuiswerken was het devies. En de gemeente zette alle zeilen bij om dat thuiswerken mogelijk te maken.

Maar die twee waren er dus ook de hele dag en thuis werken raakte steeds verder op de achtergrond. Ook al omdat het werk na een eerste hectische paniekperiode, als vanzelf opdroogde. Er kwamen geen nieuwe internationals naar de stad en na alle annuleringen en verplaatsingen van voorstellingen en concerten, peinst de theaterwereld zich vooralsnog suf hoe het verder moet.

Zo droogde ook de dagelijks drukte op. Geen gerace meer om de twee uit bed te krijgen, naar school te brengen, op tijd op het werk te zijn, de boodschappen te doen, de twee op te halen, te koken, te eten, in bad, op de bank, in bed.

Thuis de twee lesgeven bleek eigenlijk best leuk. Zien hoe ze spelenderwijs leren en dingen onthouden en knutselen. Niet louter de resultaten bewonderen als ze thuiskwamen van school, maar nu het hele proces begeleiden dat tot die resultaten leidt.

We transformeerden langzaam maar zeker in een goed op elkaar ingespeeld team. We deelden de huishoudelijke taken, we gaven samen of om de beurt les, we werkten thuis om de beurt, we wandelden welhaast dagelijks met de twee, 2 of 3 keer per week een flinke ronde rennen, de oudste nam de jongste steeds vaker onder haar hoede, zowaar kreeg ik tijd om af en toe iets te schrijven.

Improviseren en aanpassen, het hele land deed mee. We waren tot veel in staat bleek, met zijn allen. Saamhorigheid gedijt in tijden van rampspoed. Zeker in de eerste periode was er veel angst, veel onheilspellend nieuws de hele dag door en schrikbarende grafieken en cijfers.

Mensen in je omgeving werden getroffen, het kwam dichterbij, de IC-beddencapaciteit werd dagelijks in het journaal geanalyseerd, het zou heel kritiek gaan worden en dat werd het ook. Totdat alle maatregelen langzaamaan effect leken te genereren en de curves afvlakten. Een beetje licht, maar het einde van de tunnel is nog lang niet in zicht, zo waarschuwde Rutte nog maar eens begin april. Ondertussen was het volop lente. Het leek alsof de natuur ons in deze donkere dagen tegemoet kwam.

Alle voortekenen hadden we in de wind geslagen. En dat waren toch niet de minste voortekenen, dat waren rampen van Bijbelse proporties. Overstromingen in Engeland om maar eens watt e noemen, het smelten van de ijskappen aan de Noordpool, enorme bosbranden in Australië en een sprinkhanenplaag in Oost-Afrika.

Waren we alert en daadkrachtiger geweest, hadden we het kunnen voorkomen? Eigenlijk waren we het met zijn allen al lang over eens, dit “Westerse” leven met haar egocentrisme, hedonisme en individualisme, met haar werkdruk en stress, met haar vervuiling en verspilzucht kunnen we niet lang meer volhouden. En dat willen we eigenlijk ook niet.

We hadden aan de rem kunnen trekken. We hadden bijvoorbeeld minder kunnen gaan produceren (het verband tussen fijnstof en Corona is niet alleen logisch maar inmiddels door Harvard-universiteit onderzoek aangetoond) en minder consumeren (er is een aantoonbaar verband tussen overtollig vet en Corona), we hadden de natuur meer respect kunnen betuigen en proberen te begrijpen hoe we een balans zouden kunnen zoeken om de natuur te kunnen laten herstellen.

Maar we trokken niet aan de rem en dus zag de natuur geen andere uitweg meer dan een aanval via het kleinst mogelijke maar o zo gevaarlijke wapen een virus waartegen nog niemand op deze wereld immuun was. Niemand!

En zo stierven er mensen over de hele wereld, en zo voelden we de pijn van de natuur.

Maar omdat Moedertje Aarde, net als alle moeders barmhartig is, liet ze ons tegelijkertijd zien hoe mooi de lente is. De lente, de tijd van het jaar waarin de natuur groeit en bloeit.

En omdat we noodgedwongen niet aan het werk waren hadden we volop tijd om te genieten en te leren.

Tijd voor elkaar ook, voor de buren bijvoorbeeld die al vroeg te pakken waren genomen door het virus of voor je familie die je in alle zogenaamde drukte nauwelijks nog zag. Ja, je miste het sociale contact en het elkaar aanraken, die 1,5 meter moest gerespecteerd worden, het nieuwe normaal werd dat genoemd, maar de contacten die er waren leken intensiever. En wat waren de mensen toch creatief en aardig. Er was tijd om te beseffen dat werk en onze massaconsumptie slechts bijzaken zijn.

Het virus leek langzaam maar zeker onder controle door alle beperkingen, maar hoe langer het duurde, hoe dramatischer de economische gevolgen zich aftekenden. De toeristenindustrie, de cultuursector, de horeca, contactgerelateerde beroepen etc werden zwaar getroffen.

Maar ook het gebrek aan sociale contacten, niet alleen voor onze twee die hun vriendjes en vriendinnetjes misten, ook voor ons, onze vrienden, onze collega’s die je dierbaar zijn. Wat is het leven waard zonder nabijheid van je dierbaren en zonder lichamelijk contact? Laten we nu –beter laat dan nooit- lering trekken, dacht ik. Want er komt straks (met een vaccin) een tijd waarin alles weer mag. Maar moet alles dan weer? Willen we alles dan weer? Of grijpen we deze buitenkans aan om het roer om te gooien. Laten we reflecteren, bezinnen en laten we proberen een model ontwikkelen om duurzamer met onze aarde om te gaan en zorgzamer met elkaar.

46 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Ontbijt

Onderweg

bottom of page